Rudmer
-
27 september 2020
-
No Responses

Four more years voor Trump?

Donald Trump

Als het over Donald Trump gaat is niets te voorspellen. Als we iets geleerd hebben van zijn eerste termijn als president van Amerika dan is dat het wel. Toen hij zich in juni 2015 officieel kandidaat stelde voor het presidentschap namen niet veel mensen hem serieus. Een schreeuwerige, arrogante zakenman uit New York met nul politieke ervaring. Die zou spoedig de aftocht blazen, dacht men. Iets meer dan een jaar later, in juli 2016, had hij de nominatie binnen en mocht hij het in november dat jaar als Republikeinse kandidaat opnemen tegen Hillary Clinton. We weten allemaal hoe het is gelopen. Trump won tegen alle verwachtingen (en peilingen) in de strijd om het Witte Huis. Naast ‘swingstate’ Florida behaalde hij ook in Wisconsin, Michigan en Pennsylvania – staten die doorgaans Democratisch stemmen – een nipte meerderheid. Spannender dan in Michigan werd het nergens: Trump won deze staat met een verschil van slechts 10.704 stemmen. Ondanks het feit dat Trump landelijk drie miljoen stemmen minder kreeg dan Clinton, won hij de verkiezingen. Het kiessysteem in Amerika leert nu eenmaal dat het hoogste percentage van het totaalaantal stemmen geen garantie is voor de overwinning. Over een dikke maand gaat Amerika weer naar de stembus. Wat zijn Trumps kansen na zijn eerste termijn? Gunt Amerika hem, na de vele schandalen, een Impeachmentprocedure en een torenhoge werkloosheid een tweede termijn? Krijgt de man, die volgens de Washington Post gemiddeld vijftien leugens per dag vertelt, four more years?

Als we kijken naar de staat van het land en de wetenschap dat veel Amerikaanse kiezers een zittende president daarop beoordelen, staat Trump er niet al te best voor. Amerika verkeert in een diepe crisis: corona heeft inmiddels 200.000 Amerikanen het leven gekost. Meer dan 20 miljoen mensen verloren hun baan. Ondertussen ligt de president nog steeds overhoop met de Democraten in het Huis van Afgevaardigden over het financiële steunpakket tegen de coronacrisis, waarbij een akkoord nog maanden kan duren. Ook heerst er veel boosheid onder burgers over ongelijkheid, racisme en politiegeweld, met als gevolg de hevigste maatschappelijke onrust sinds de jaren zestig. Ja, Amerika heeft er wel eens beter voor gestaan. Zeker in economisch opzicht. En het zou niet de eerste keer zijn dat een zittende president hierdoor naar huis wordt gestuurd. Als je kijkt naar de Amerikaanse presidenten van de laatste 100 jaar zie je dat economische malaise vaker een belangrijke reden is geweest om een president geen tweede termijn te gunnen. George Bush senior was in 1991 – een jaar voor de verkiezingen – nog heel populair. Door zijn succes in de Golfoorlog leek zijn herverkiezing bezegeld. Niettemin verloor hij een jaar later, door de verslechterde economie, met een ruim verschil de verkiezingen van Bill Clinton. Toen Jimmy Carter in 1977 aan zijn eerste termijn begon stond de economie er al beroerd voor. Hij wist het tij niet te keren en verloor in 1980 van Ronald Reagan. Vier jaar eerder verloor Gerald Ford, opvolger van de afgetreden Richard Nixon, van Carter. Reden: economische stilstand. Herbert Hoover (1929-1933), wiens presidentschap werd beheerst door de Grote Depressie, moest na vier jaar plaatsmaken voor Franklin Delano Roosevelt. Je ziet dus dat de staat van de economie altijd een belangrijke graadmeter is voor de herverkiezing van een zittende president. Trump weet dit natuurlijk. Niet voor niets noemde hij in zijn acceptatiespeech op de Republikeinse conventie de economie vóór corona ‘the greatest economy that we’ve had in our history’. Hij beloofde daarbij dat Amerika binnen nu en drie jaar de sterkste economie ooit heeft. Amerikanen zijn hier gevoelig voor. De grote vraag is nu dus of Trump afgerekend gaat worden op de huidige staat van Amerika, of dat de kiezer hem het voordeel van de twijfel geeft. In een van zijn campagnespotjes hoor je iets wat nog steeds heel veel Amerikanen denken: ‘He may not be Mister Nice Guy, but he gets the job done. And sometimes you gotta be tough.’ Trump staat weliswaar achter in de peilingen, maar er kan in de laatste maand nog van alles gebeuren. Biden is niet de meest sterke kandidaat en de grote vraag is dan ook of hij tijdens debatten wel opgewassen is tegen Trump. Dat het spannend gaat worden is één ding wat zeker is. Of Trump een tweede termijn gaat krijgen allerminst. Want als het over Donald Trump gaat is niets te voorspellen.

Recente berichten